'Zijn dood was minder zinloos door de donatie'
In 2014 kreeg Martins vader een fatale hersenbloeding. Lang geleden had hij een donorcodicil ingevuld en kort voor de hersenbloeding had hij er nog met zijn vrouw over gesproken: hij wilde donor zijn als hem iets zou overkomen. Die beslissing heeft de familie geholpen bij het rouwproces.
8 december 2025
‘Mijn vader stond altijd voor iedereen klaar,’ typeert Martin zijn vader. ‘Als iemand belde met een kapotte wasmachine, zei hij: ik kom eraan. Dan ging hij helpen, dat deed hij graag. Dingen repareren kon hij goed, net als sleutelen aan auto’s. Hij was autotechnicus en werkte lang bij een vrachtwagenfabrikant. Toen hij thuis kwam te zitten na een ongeluk, heeft hij nog veel gedaan, tot hij een zware hersenbloeding kreeg die hem fataal werd. Hij was pas 58 jaar.’
“Toen ik arriveerde en mijn broer zijn hoofd schudde, wist ik genoeg.”
De avond van de hersenbloeding
Het gebeurde ’s avonds laat. ‘Mijn vader ging naar boven en even later zag mijn moeder hem op de trap zitten. Hij zei dat hij erge hoofdpijn had. Mijn moeder werkte in de ouderenzorg. Ze zag dat het mis was en belde 112. Hij was nog wel aanspreekbaar.’ De ambulance kwam snel en Martins broer en zus, die dichtbij woonden, waren er ook vlug. Zij belden Martin dat hij moest komen. In eerste instantie leek het mee te vallen, maar in het ziekenhuis kreeg hij de fatale hersenbloeding. Een scan van zijn vaders hoofd wees uit dat een slagader was geknapt. Behandelen had geen zin meer. ‘Onderweg had mijn broer mij berichten gestuurd, maar dit zag ik niet aankomen. Toen ik arriveerde en mijn broer zijn hoofd schudde, wist ik genoeg.’
Zijn wens
Martins vader had zijn keuze vastgelegd in het Donorregister. ‘Kort daarvoor had hij er nog met mijn moeder over gesproken. Wij stonden erachter, het was zijn wens.’ Het streekziekenhuis had weinig ervaring met donatie, zegt Martin. ‘Maar ze begeleidden ons heel goed. We kregen een familiekamer naast mijn vaders kamer, dat was fijn.’ Intussen was de familie ingelicht en kwam er bezoek. ‘In het ziekenhuis zeiden ze: laat maar komen. Dat was supermooi.’
Het hersendoodprotocol
Bij donatie ondersteunt een orgaandonatiecoördinator de familie en geeft uitleg. Martin vertelt: ‘Zij legde alles duidelijk uit. Bijvoorbeeld dat mijn vader aan de beademing lag om het lichaam in goede conditie te houden voor donatie, en wat ze allemaal gingen doen. Zo zouden ze de volgende ochtend onderzoeken of hij hersendood was.’ Hersendood betekent dat alle hersenfuncties zijn gestopt en ook niet meer zullen herstellen. Om dit te controleren, gebruiken de artsen het hersendoodprotocol. Hierbij horen allerlei onderzoeken. Bij een daarvan wordt wat ijswater in het oor gedaan om de reflexen te testen. Martin: ‘Daar reageerde mijn vader op. Hij was dus niet hersendood. Bij een volgende test vertoonde hij opnieuw reflexen.’
Rustig overleden
Omdat er geen genezende behandeling meer mogelijk was, werd gezamenlijk besloten om de beademing te stoppen. Daarna zou hij op natuurlijke wijze overlijden. Dan volgt een zogenoemde DCD, oftewel donatie na hartstilstand. ‘In ons bijzijn werd de machine stilgezet en 20 minuten later overleed mijn vader heel rustig. Na 5 minuten werd hij opgehaald, daar waren we op voorbereid.’
Rijtje ambulances
Martins vader had lang gerookt. ‘Maar tot onze verbazing waren zijn longen geschikt. Ook een nier en een hartklep waren geschikt. De eilandjes van Langerhans zijn gebruikt voor onderzoek. Het hart kon toen niet worden gedoneerd, omdat het een DCD donatie was. Dat vond ik jammer, want hij had een ijzersterk hart.’ Tijdens de uitname-operatie ging de familie naar huis. ‘Toen we bij de lift kwamen, stond op een bordje dat die open moest blijven. Allemaal uit zorg voor mijn vader. En bij de uitgang stond een rijtje ambulances te wachten om mijn vaders organen te vervoeren. Dat was best confronterend, dat hebben we het ziekenhuis later laten weten.’
“In een graf heb je niets aan organen, die kunnen beter naar mensen die er wel iets aan hebben.”
Misverstanden over orgaandonatie
De verzorging voor de uitvaart deed de familie zelf. ‘Er stak een stukje pleister boven zijn hemd uit, verder zag je er niets van. De operatie was heel netjes gedaan.’ Alle transplantaties slaagden, hoorde de familie na 6 weken. ‘Dat hielp bij het rouwproces. Zijn dood was niet voor niets geweest. In een graf heb je niets aan organen, die kunnen beter naar mensen die er wel iets aan hebben. Hij heeft 3 levens gered.’ Donatie werd ook in Martins omgeving onderwerp van gesprek, waarbij veel onjuiste aannames naar boven kwamen. ‘Een collega vroeg onlangs bijvoorbeeld: was het lichaam wel op tijd terug voor de uitvaart? Er leven rare ideeën. Nu kan ik dingen uitleggen, ook dat de artsen geen cowboys zijn die het alleen om de organen gaat.’
Een bedankbrief van een ontvanger
Van een van de ontvangers kregen ze een bedankbrief. ‘Die vrouw was heel dankbaar, maar besefte ook dat wij iemand hadden verloren. We hebben teruggeschreven dat het ons goed deed om de brief te krijgen. Die bevestigde: zijn dood was minder zinloos door de donatie.’
Lees meer inspirerende verhalen
Bastiaan kreeg van zijn moeder én vader een nier
Bastiaan heeft een erfelijke nierziekte en heeft een donornier. Zijn zoon heeft dezelfde nierziekte. Bastiaan doet alles om hem te steunen.
‘Een nieuw hoornvlies? Eng, maar slechter kon het niet worden’
Harmien (62) had pijn aan haar rechteroog. De oogarts dacht aan een ontsteking. Ze kreeg oogdruppels, maar die hielpen niet. Uiteindelijk bleek dat er een parasiet in Harmiens oog zat.