Donatie na euthanasie
In Nederland komt donatie na euthanasie steeds vaker voor. Op deze pagina lees je wat orgaan- en weefseldonatie na euthanasie inhoudt. Ook leggen we uit welke invloed donatie na euthanasie heeft op het overlijden en afscheid nemen.
•Orgaandonatie na euthanasie
Er zijn een paar dingen die bepalen of donatie na euthanasie echt mogelijk is. Bijvoorbeeld de conditie van de patiënt en de ziekte die de patiënt heeft. Ook moeten de organen gezond zijn en nog goed genoeg zijn voor transplantatie.
Om dat te bepalen, krijgt de patiënt vóór de euthanasie verschillende onderzoeken. Die zijn soms thuis maar ook altijd in het ziekenhuis. Uit de onderzoeken blijkt soms dat iemand geen organen kan doneren. Of dat niet alle organen geschikt zijn. De patiënt mag op elk moment nog bepalen om toch geen organen te willen doneren. Ook na de onderzoeken.
Kiest iemand voor orgaandonatie na euthanasie? Dan is het niet mogelijk om thuis te overlijden. De artsen moeten de organen namelijk snel na de dood uitnemen. Dat kan alleen in het ziekenhuis.
•Weefseldonatie na euthanasie
Weefseldonatie na euthanasie kan tot ongeveer 86 jaar. Bij weefseldonatie is het niet nodig om vóór de euthanasie nog extra onderzoek te doen. Wel kijkt de arts naar de conditie en ziekte van de patiënt. Soms is de weefseldonatie om die reden niet mogelijk.
Bij weefseldonatie kan de euthanasie wel thuis plaatsvinden en kan iemand wel thuis overlijden. Daarna gaat de donor naar een ziekenhuis of uitvaartcentrum. Daar vindt de operatie plaats om de weefsels uit te nemen.
Welke organen en weefsels kun je doneren na euthanasie?
Organen
Organen die na euthanasie geschikt zijn voor transplantatie zijn: het hart, de nieren, de longen, de lever en de alvleesklier.
Weefsels
Weefsels die iemand na euthanasie kan doneren zijn: oogweefsel, huid, hartkleppen, bot-, kraakbeen en peesweefsel.
Afscheid bij orgaandonatie na euthanasie
Als iemand kiest voor orgaandonatie na euthanasie, kan dat moeilijk zijn voor de nabestaanden. Het afscheid is vaak anders dan wanneer iemand geen organen doneert. Zij moeten binnen vijf minuten na het overlijden afscheid nemen, omdat de operatie snel na de dood moet beginnen. Ook kan de patiënt bij orgaandonatie niet thuis overlijden. Het is daarom belangrijk dat de patiënt de beslissing goed bespreekt met de naasten en de (huis)arts. Ook mag de patiënt op elk moment nog beslissen om toch geen donor te worden.
Na de donatie
Als nabestaanden willen weten of de orgaantransplantaties geslaagd zijn, horen ze dit van de orgaandonatiecoördinator. Dit is iemand die de donatieprocedure zo soepel mogelijk laat verlopen.
Als je wil weten wat de resultaten zijn van de weefseldonatie, kun je dat tegen de arts zeggen. Dan krijg je na ongeveer één week een brief van de NTS waarin staat welke weefsels gedoneerd zijn en een folder met informatie over het gebruik van gedoneerd weefsel.
Je krijgt niet te horen wie de organen of weefsels heeft gekregen. Dat blijft anoniem. Dat is zo in de wet vastgelegd.
Soms schrijft een ontvanger van een donororgaan of weefsels een bedankbrief aan de nabestaanden. De brief is anoniem en je krijgt deze via de NTS. De nabestaanden krijgen zo’n brief alleen als ze dat zelf willen.
Informatie voor patiënten
Heb je vragen over orgaan- en/of weefseldonatie na euthanasie? Dan kun je bij je (huis)arts terecht, of bij de arts die je begeleidt bij de euthanasieaanvraag. Als je euthanasievraag officieel is goedgekeurd, kan je een verzoek tot donatie bij je huisarts indienen. De huisarts neemt contact op met de Nederlandse Transplantatie Stichting. Je mag op elk moment het verzoek om orgaan- en weefseldonatie na euthanasie weer intrekken.